Een jaar geleden is Safia na de ramadan met Magmoed getrouwd. Op een avond was haar moeder naar haar matras in de hoek van de kamer toegekomen en had meegedeeld dat oom Faisel een huwelijkskandidaat voor haar had gevonden. Haar volle neef, 3 jaar ouder dan zij. Ze herinnerde zijn gezicht vaag, nadat ze hem een keer gezien heeft in de winkel op de hoek.
Safia had al een vaag vermoeden gehad. ‘Hij zal je goed behandelen Safia, er zijn tig mannen slechter dan Magmoed en hij is jong.’ Maar toch kreeg ze een zenuwachtig, ongerust gevoel over zich en sliep ze die avond onrustig.
Haar oom Faisel is een druk bezette man. Tegen de 50, met zijn 3 vrouwen, 22 kinderen, een hele schare kleinkinderen en dan ook nog eens de weduwe van zijn broer en diens kinderen waarvoor hij zich verantwoordelijk voelt. Ondanks zijn grote gezin heeft hij weloverwogen zijn beslissing aangaande Safia gemaakt. Magmoed is een wat schuchtere luie knaap, maar een goede moslim, die trouw de moskee bezoekt. Hij heeft geen werk, maar krijgt het toch altijd voor elkaar benzine te kopen voor zijn oude toyota, die van roest en gerammel bijna uit elkaar valt. Afgelopen week zag magmoed hem nog langsrijden met een hele kudde schapen in de achterklep, op weg naar de soek. In overleg met Safia’s moeder heeft oom Faisel bericht gestuurd naar de vader van Magmoed en ze zijn beide akkoord gegaan met dit voorgenomen huwelijk. Safia mag dan nog maar 15 zijn, ze weet hoe ze moet poetsen, boenen en koken en dat is het allerbelangrijkste om voor een man te kunnen zorgen! ‘En hoe jonger, hoe beter ze luisteren’, dacht Magmoeds vader er nog bij terwijl hij een blaadje qat tussen zijn groen geworden tanden stopte.
Ahmed overleed tijdens de oorlog. De akker achter hun huis werd totaal verwoest en zo moesten ze zien te overleven zonder hun enige bron van inkomsten. Dit was de reden, dat Safia’s vader gedwongen was het leger in te gaan en zo toch enig brood op de plank te krijgen. 9 Weken nadat hij vertrokken was kwam het bericht dat hij gesneuveld was in een schietgevecht, nog geen 10 kilometer van hun huis. Ze hadden hun spullen gepakt en het huis verlaten, op weg naar oom Faisel en zijn gezin in een ander dorp.
De bruiloft was veel te snel dichterbij gekomen en Safia wist niet goed wat te verwachten van haar geplande huwelijk. Wanneer zou ze hem zien? Zouden ze elkaar aardig vinden? Hoe zou ze welkom geheten worden in zijn familie? Zou het klikken met de vrouwen uit zijn gezin en wat zou hij van haar verwachten? Allemaal onzekerheden, die haar meenamen in een wirwar van gedachten en gevoelens en haar onzeker maakte over zichzelf. Ze was zichzelf ook bewust van het feit dat ze niet meer de straat op zou kunnen zonder volledig gesluierd te zijn, ze zou niet meer door de tuin kunnen rennen om haar jongere broertje te pakken te krijgen, ze zou niet meer het dienblad met eten naar de mannen mogen brengen. Haar leven zou veranderen en ze zou als een echte vrouw gezien worden, maar ze had veel liever nog een tijdje kind willen zijn. Uiteindelijk was de feestweek afgelopen en was ze blij dat het allemaal voorbij was. Magmoed behandelde haar inderdaad goed, maar ze besefte dat ze nog een lange weg te gaan hadden om elkaar een beetje te leren kennen. Stilletjes hoopte ze dat ze op een dag zelfs van elkaar zouden gaan houden.
Dat Safia zo snel zwanger geraakt was, had niemand verbaasd, behalve haarzelf en daar voelde ze zich boos over. Ze wilde helemaal niet zwanger zijn. Haar buik zat haar in de weg, ze voelde zich misselijk ’s ochtends en ze werd bestookt met allerlei rare adviezen door de vrouwen die ze nu haar familie moest noemen. De huishoudelijke klusjes bleven, zo ook de verwachting dat zij zou helpen. ‘Niet aanstellen mijn kind, toen ik zwanger was van mijn 8e kind kwam er ook niemand helpen en moest ik ook gewoon op het land werken,’ Was wat ze vaak te horen kreeg van de moeder van Magmoed.
Op een koude ochtend startten de weeën. Safia had urenlang liggen mijmeren hoe haar baby ooit uit haar lichaam zou komen. Misschien moest ze maar gelijk om een operatie vragen zodra ze in het ziekenhuis zou zijn. De verhalen van Magmoeds moeder hadden haar er ook niet geruster op gemaakt. Ze had een beetje verteld hoe haar eerste bevalling was geweest en ze had de pijn vergeleken met ‘messen in je buik, als brandend zout op een open wond en ik dacht dat ik dood ging!’ Dit was alles wat ze had gehoord over een bevalling en haar onzekerheid, haar twijfels over haarzelf maakte haar bang. Ze stelde al haar hoop op het ziekenhuis waar ze heen zouden gaan als het zover was. De doektoera’s zouden haar wel verdoven en het kind eruit trekken. Allah Kariem! (God voorziet)
Eenmaal in het ziekenhuis aangekomen was het half 4 uur ’s middags en Safia begreep nu de vergelijking die haar schoonmoeder had gemaakt over de messen. Ze verkrampte en wist niet wat ze moest beginnen om de pijn enigszins draagbaar te maken voor haarzelf. Ze knarsetandde en zakte door haar knieën voor het bed waar de dokter haar op wilde gaan onderzoeken. Toen haar wee voorbij was voelde ze de arm van de dokter haar omhoog helpen en ze klom langzaam het bed op. ‘Tok, tok, tok’ klonk het opeens. ‘Dat is de hartslag van je baby,’ hoorde ze de dokter zeggen maar eigenlijk wist Safia niet eens wat dat betekende. De dokter zag dat aan haar gezicht en voegde toe: ‘De baby is gezond Safia’.
Safia antwoordde: ‘En ik dan, ik ben ziek doektoera, help me, mijn God mijn God’. Nadat de dokter haar volledig onderzocht had vertelde ze Safia dat de baby met zijn billen beneden lag en dat ze daarom een infuus moest krijgen en ze in de verloskamer moest blijven. ‘Duurt het nog lang?’ vroeg ze en de dokter antwoordde dat ze vandaag zou gaan bevallen, maar ze niet precies wist wanneer.
En zo belde ik op 22 september naar onze gynaecoloog om mee te delen dat ik een meisje had onderzocht met een kind in stuitligging, eerste kind, ongeveer 36 weken zwanger met 9 centimeter ontsluiting en staande vliezen. Om 16.00 keek ik even onder het lakentje en zag daar al een billetje verschijnen, dus opnieuw gebeld dat hij moest komen en Safia precies uitgelegd hoe ze moest persen. Het was ongelofelijk om te zien hoe ze zonder mijn aanwijzingen precies deed wat haar lichaam haar zei. Ik kan me daar nog steeds over verbazen, dat een meisje zo jong en onwetend met zo’n achtergrond zichzelf compleet over kan geven aan het baringsproces. Om 16.30 waren de billen geboren, maar de benen kwamen niet, dus hebben we de beentjes actief geboren moeten laten worden. Ook de armen kwamen niet vanzelf, maar wel na een aantal handgrepen. Het was een spannende bevalling, zeker omdat ik het hoofdje niet naar beneden kon trekken met mijn vinger, maar na een letterlijke hand hulp van mijn collega’s werd er een jongetje geboren om 16.35. Hij was klein 2350 gram, maar wel passen bij dit verhaal. Zijn start was niet erg goed. Er was wel hartslag, maar hij ademde niet, reageerde niet op aanraken en was bleek van kleur. Collega’s hebben de zorg voor hem op zich genomen en ‘Alham doelila’ kwam hij goed bij. Na 10 minuten ging het ademen nog wel moeizaam en was hij nog niet mooi roze, maar hij was op gang gekomen! Ik heb Safia geholpen met de placenta en gelukkig was met haar alles goed.
Dit verhaal is bijzonder omdat het kind in stuitligging lag, maar hopelijk geeft dit verhaal een beter beeld van de achtergrond van de vrouwen die ik dagelijks zag tijdens mijn werkzame periode in Jemen. Dat is ondertussen al 7 jaar geleden. De kans dat dit jongetje nog leeft is 50%, aangezien de helft van de kinderen onder de 4 daar overlijdt aan een ziekte of ondervoeding, of de oorlog die daar nog steeds woedt. Recent hebben we laten merken dat we ambassadeurs geworden zijn van World Vision en met name het project ‘sterke start’ heeft ons hart. Omdat de medische zorg die wij hier krijgen en verwachten mijlenver af staat van de zorg die vrouwen in Afrikaanse landen of waar ook ter wereld aangeboden krijgen. En soms is er wel aanbod van zorg, maar is het door oorlog of checkpoints of geen vervoersmiddel alsnog niet haalbaar om voor een bevalling naar die plek van zorg te gaan. Daarom deel ik dit verhaal met jullie, zodat je een klein beetje beeld kunt vormen bij hoe het anders gaat.
Voor meer informatie kijk op de website van World Vision.